Bij het item ""voor de tentoonstelling" is me gevraagd om een werkbeschrijving te maken.
Bij deze dan.
Een spiraalvorm is in principe het resultaat van 2 golfbewegingen, waarbij de vlakken van de golven haaks op elkaar staan. Bovendien heeft de ene golf een top of kuil, waar de andere golf een 0-punt heeft. Als je dat in beeld zet krijg je lijnen zoals de rode, groen gele en blauwe lijnen in de tekening. De rode lijn is voor draaigang 1, de blauwe voor draaigang 2, de groene is voor draaigang drie, en de gele is voor de vierde en laatste draaigang.
De zwarte lijn tussen rood en groen, of geel en blauw is het midden van de vierkante balk.
De beide andere zwarte lijnen zijn de zijkanten van de balk.
Om de golflijn goed uit te zetten geef ik de getallen. Daarbij verwijs ik naar de lettertjes op de figuur.
Op het 0-punt ( = op punt A) is de waarde 0 x de golfhoogte.
Op 1/3 van de afstand van 0-punt naar de top (op punt B) is de waarde 0,500 x de golfhoogte.
Op 2/3 van de afstand van 0-punt naar de top (op punt C) is de waarde 0,866 x de golfhoogte.
Op de top (op punt D dus) is de waarde 1,000 x de golfhoogte.
En dat gaat zo heen en weer.

Om dit te draaien heb je wel een vaste hand nodig, en ook is het slim om geluidsbescherming te dragen. Beiden in verband met het geratel van lucht-hout. Naarmate de draaigang wordt het werkstuk kwetsbaarder.
Hier zie je het uitgangsmateriaal, vuren balkjes van 44x44mm + 2 schroeven 5x70. De balkjes worden voorgeboord met een 4mm boor, op 1 cm van de uiteinden, en exact door het midden van de zijkant van de balkjes. De strepen van het afkrassen zijn nog flauw te zien.

Voor de eerste keer draaien, De plaats van het center is al gemarkeerd.

Na de eerste keer draaien, maar voor het roteren van de balkjes ten behoeve van draaigang 2.

Voor de tweede keer draaien.

Na de tweede keer draaien, maar ook nu weer voor het losmaken van de bundel.

Voor de derde draaigang.

Na de derde draaigang, voor het losdraaien van de schroeven.

Voor de vierde en laatste draaigang.

En tot slot na de vierde draaigang en na losmaken: een linksdraaiende en een rechtsdraaiende spiraal.

De opmerkzame lezer zal gezien hebben, dat tussentijds het hout veranderd is. Het ging een keertje mis, en dan moet je opnieuw beginnen, met taaier hout dan eerst, met iepen dus in plaats van vuren.
Op deze foto zie je de markeringen, waarbij gelijke cijfers tegen elkaar aan komen, zoals hier de 2. Door deze wijze van roteren krijg je ook een linksdraaien en een rechtsdraaiende spiraal.

Om de spiraal te maken zoals in het voorbeeld hiernaast ga je de golflengte en de golfhoogte variëren, zoals de tekening ongeveer aangeeft.


Ik hoop, dat ik duidelijk genoeg ben geweest.
Nog even een overpeinzing. Sinds ongeveer 200 ben ik met regelmatige grote tussenpozen op zoek geweest naar een methode om dit soort spiralen te maken. In 2010 is het me gelukt. Maar ik heb het in 5 goed geslaagde werkstukken toegepast.
Voor de navolgers: Succes.
Bert Rosbach
Bij deze dan.
Een spiraalvorm is in principe het resultaat van 2 golfbewegingen, waarbij de vlakken van de golven haaks op elkaar staan. Bovendien heeft de ene golf een top of kuil, waar de andere golf een 0-punt heeft. Als je dat in beeld zet krijg je lijnen zoals de rode, groen gele en blauwe lijnen in de tekening. De rode lijn is voor draaigang 1, de blauwe voor draaigang 2, de groene is voor draaigang drie, en de gele is voor de vierde en laatste draaigang.
De zwarte lijn tussen rood en groen, of geel en blauw is het midden van de vierkante balk.
De beide andere zwarte lijnen zijn de zijkanten van de balk.
Om de golflijn goed uit te zetten geef ik de getallen. Daarbij verwijs ik naar de lettertjes op de figuur.
Op het 0-punt ( = op punt A) is de waarde 0 x de golfhoogte.
Op 1/3 van de afstand van 0-punt naar de top (op punt B) is de waarde 0,500 x de golfhoogte.
Op 2/3 van de afstand van 0-punt naar de top (op punt C) is de waarde 0,866 x de golfhoogte.
Op de top (op punt D dus) is de waarde 1,000 x de golfhoogte.
En dat gaat zo heen en weer.

Om dit te draaien heb je wel een vaste hand nodig, en ook is het slim om geluidsbescherming te dragen. Beiden in verband met het geratel van lucht-hout. Naarmate de draaigang wordt het werkstuk kwetsbaarder.
Hier zie je het uitgangsmateriaal, vuren balkjes van 44x44mm + 2 schroeven 5x70. De balkjes worden voorgeboord met een 4mm boor, op 1 cm van de uiteinden, en exact door het midden van de zijkant van de balkjes. De strepen van het afkrassen zijn nog flauw te zien.

Voor de eerste keer draaien, De plaats van het center is al gemarkeerd.

Na de eerste keer draaien, maar voor het roteren van de balkjes ten behoeve van draaigang 2.

Voor de tweede keer draaien.

Na de tweede keer draaien, maar ook nu weer voor het losmaken van de bundel.

Voor de derde draaigang.

Na de derde draaigang, voor het losdraaien van de schroeven.

Voor de vierde en laatste draaigang.

En tot slot na de vierde draaigang en na losmaken: een linksdraaiende en een rechtsdraaiende spiraal.

De opmerkzame lezer zal gezien hebben, dat tussentijds het hout veranderd is. Het ging een keertje mis, en dan moet je opnieuw beginnen, met taaier hout dan eerst, met iepen dus in plaats van vuren.
Op deze foto zie je de markeringen, waarbij gelijke cijfers tegen elkaar aan komen, zoals hier de 2. Door deze wijze van roteren krijg je ook een linksdraaien en een rechtsdraaiende spiraal.

Om de spiraal te maken zoals in het voorbeeld hiernaast ga je de golflengte en de golfhoogte variëren, zoals de tekening ongeveer aangeeft.


Ik hoop, dat ik duidelijk genoeg ben geweest.
Nog even een overpeinzing. Sinds ongeveer 200 ben ik met regelmatige grote tussenpozen op zoek geweest naar een methode om dit soort spiralen te maken. In 2010 is het me gelukt. Maar ik heb het in 5 goed geslaagde werkstukken toegepast.
Voor de navolgers: Succes.
Bert Rosbach