De hierboven getoonde types langatboren presteren praktisch hetzelfde, er zit geen noemenswaardig verschil tussen. Dat is anders voor de hier al vermelde visbekboren, die vragen een andere aanpak maar presteren beter en het eindresultaat is ook een stuk beter (strakkere gaten zonder rafels)
De beide types hierboven werken identiek, eerst een rij overlappende gaten boren en daarna met de boor heen en weer gaan en telkens een stukje dieper en zo tot op de bodem. Met visbekboren is de werkwijze enigszins anders, de boor naar het hout brengen en meteen met een heen- en weergaande beweging ( over de volledige breedte van het gat) de boor langzaam dieper in het hout drukken tot op de ingestelde diepte.
Deze boren stellen minder eisen aan de machine, geven minder torsie en vragen minder power

Ideaal, zeker voor de lichtere machines. Voorwaarde om makkelijk met deze boren te kunnen werken is een soepel lopende boortafel. Visbekboren werken quasi even snel als de klassieke modellen maar laten wel een veel zuiverder geboord gat zien.
Alle langgatboren worden enkel op de kop aangescherpt. Laten slijpen is niet nodig, dat doe je zelf met een platte zoetvijl, of met de amaril en voldoende koeling. NOOIT aan de zijkanten slijpen of wetten, een boor op deze manier behandeld produceert dan enkel nog warmte, rook en een doordringende brandgeur, geen symptomen die je wil zien bij een houtbewerkingsmachine
Mvg,
André