Toen ik begon met het gebruiken van de Kreg potgaten heb ik geprobeerd het systeem te analyseren.
Je boort onder een hoek van 15 graden. De plaats waar de schroef het hout verlaat ligt ongeveer in het midden van de dikte. Het aanlegvlak van de schroef ligt zo'n 5 mm onder de plaats waar de boor het hout in duikt. Met deze gegevens kun je zelf uitrekenen welke schroeven je nodig hebt bij elke houtdikte.
M'n Kreg mal heeft vaste stops in het blok dat op en neer gaat. Maar door de kraag op de boor te positioneren kun je het één en ander zeer precies afstellen.
Ik had een tekening gemaakt van de doorsnede van een potgat met een lange centerlijn voor de schroef. Op een stukje doorzichtig tekenpapier had ik een horizontale maatverdeling gemaakt. Ik verschoof dit papier verticaal tot dat de centerlijn samen viel met het midden van de dikte van het hout. Nu wist ik waar de onderkant van het hout was. Door de dikte van het tweede stuk hout er onder te denken kon ik de lengte van de schroef bepalen. De punt van de schroef moest eindigen net een paar millimeter voordat het door het hout zou komen.
Op deze manier kon ik een potgat gebruiken bij elke dikte van hout en de bijpassende schroef bepalen. Maar als je de mal langer gebruikt dan leer je er mee te spelen. In de praktijk is het niet zo kritisch zolang de schroef maar voldoende in het tweede stuk hout wordt geschroeft. De paar gangen draad bij de punt zijn namelijk het minst draagkrachtig.

Met deze doorsnede krijg je een goede indruk van configuratie.