In Zuid-Frankrijk heb ik jaren geleden eens een ochtend doorgebracht bij een kuiper en wagensmid. Ik kwam er toevallig langs en werd aangetrokken door de lucht van schroeiend eikenhout. Die man maakte vaten en houten wagenwielen. Ik vroeg of ik mocht kijken en voor ik het wist was de ochtend om.
De meest van bovenstaande voorbeelden gaan uit van rechte of tapse vaten. Wijnvaten zijn enigszins rond van vorm. Alleen bijdrage #3 bespreekt die kromming. Het verloop van die kromming bepaalt de uiteindelijke vorm van het vat. Die Fransman had een paar mallen voor de diverse modellen vaten. Als je de diameters van het midden en de einden van het vat weet dan kan je alvast de breedte van de duig in het midden en aan de uiteinden bepalen. Laat je het verloop langs een flauw cirkelboog gaan dan krijg je een enigszins bolvormig vat. Laat je het gedeelte aan de einden wat rechter verlopen dan krijgt het vat aan de einden een wat rechter verloop.
Als je het gewenste "profiel" van een vat op papier uittekent dan kan je op de diverse hoogten van het vat de diameter bepalen. Meet die afstanden wel over de lengterichting van de duigen. Met de diameter en het aantal duigen kan je de maten van de duig in de breedtes bepalen.
Bij het maken van een vat komt een hoop ervaring om de hoek kijken. En er is ook een hoop zeer speciaal gereedschap nodig om de diverse bewerkingen te doen. Effe op een regenachtige zondagmiddag een vat maken kan je wel vergeten.
Maar als je toch begint maak er dan vooral foto's van.
